‘Met flexibele vervolgopleidingen kunnen verpleegkundigen zich makkelijker scholen voor de gespecialiseerde functies waar mensen nodig zijn. Ze beschikken over de juiste middelen voor díe specifieke werkplek: de benodigde kennis, het toe kunnen passen van kennis en vaardigheden en het tonen van een professionele attitude.’ Linda Seising is opleider/adviseur bij de UMC Utrecht Academie voor het cluster Intensieve zorg. Omdat ze lid is van de CZO-opleidingscommissie neurologie/geriatrie werkt ze mee aan het moderniseren en flexibiliseren van de verpleegkundige vervolgopleidingen in CZO Flex Level.
Omdat ‘haar’ academie de vervolgopleiding neurologie heeft opgeknipt in los te volgen modules heeft Seising ervaring met flexibiliteit. ‘Sommige studenten halen hun CZO-erkende specialisatie in stapjes. En voor sommige klanten (zorgaanbieders) verzorgen we delen van de opleiding tot neurologieverpleegkundigen. De studenten behalen dan een aantal modules, maar slaan bijvoorbeeld neuro-acute zorg over omdat zij die zorg in eigen huis niet hoeven te geven.’ Ze benadrukt: ‘In dat geval volgt er alleen geen CZO-erkend diploma voor neuroverpleegkundige.’ Het regelen van erkenningen voor flexibele opleidingen is een van puzzels die in CZO FLex Level nog moet worden gelegd, aldus Linda Seising. ‘Toetsing van het praktijkdeel wordt beschreven in EPA’s. Natuurlijk moet je hierbij wel duidelijk hebben wat de gemene deler is en welke eindtermen daarbij horen.’ Ze voegt toe: ‘Het blijft belangrijk dat de opleidingen van hoge kwaliteit zijn.
Overzichtelijke klus
Gevraagd naar de hoeveelheid werk die opleidingsaanbieders wacht als de EPA’s en de opleidingsarchitectuur in 2020 is opgeleverd, ziet Seising een flinke maar overzichtelijke en bovenal leuke klus op zich afkomen: ‘De praktijk is leidend. In CZO Flex Level beschrijven we beroepsactiviteiten (EPA’s) voor het praktijkdeel van de vervolgopleidingen en ontwikkelen we landelijke uniforme eindtermen. Dat vraagt dat wij als theorieopleiders ook hierin goed samenwerken met de praktijk: de werkbegeleiders en de praktijkopleiders. Zo bepalen we samen waar aanpassingen in het theoretisch deel nodig zijn.’Heeft Seising ook zicht op welke veranderingen er komen voor haar opleidingscollega’s uit de praktijk? ‘Deels’, antwoordt ze. ‘Natuurlijk verandert er veel in het opleidingsstelsel, maar voor de begeleiders en opleiders op de werkvloer is het voor een deel ook vooral veranderende terminologie. Ze zijn nu gewend aan het werken met kenmerkende beroepsactiviteiten. Straks zijn dat EPA’s en leren studenten flexibeler, maar de vaardigheden die dat van hen vraagt zijn in essentie niet anders. Ik
informeer onze klanten in de praktijk zo goed mogelijk over wat flexibiliseren oplevert maar ook wat het voor hen betekent. Nog niet op alle vragen kan ik antwoord geven, maar wát ik weet dat deel ik.’ Blij: ‘En sommige klanten zijn van het perspectief al zo enthousiast, die kunnen haast niet wachten.’
Kruisbestuiving
Linda Seising werkte in totaal vijfentwintig jaar op de verpleegkundige werkvloer: eerst als verpleegkundige, daarna als gespecialiseerd neuroverpleegkundige en vervolgens als neuroverpleegkundige/praktijkopleider. ‘Ik houd ervan mijn steentje bij te dragen aan nieuwe ontwikkelingen. Daarom koos ik voor de lerarenopleiding Gezondheid, Zorg en Welzijn met als differentiatie opleider/adviseur. Sinds 2012 werk ik in die functie met alle diverse taken die daarbij horen. En met plezier. Ik leer mensen graag iets, maar ik leer daarbij net zo goed van hen. De voortdurende kruisbestuiving en het brede van werken in het verpleegkundig onderwijs vind ik leuk en uitdagend.’ Seising’s deelname aan CZO Flex Level is het gevolg van een verzoek aan haar van Beroepsvereniging Branche-Opleidingsinstituten Gezondheidszorg (VBG).