‘In mijn ideale toekomst komt er een acute zorg-verpleegkundige. Dat is een gespecialiseerd verpleegkundige wiens werk erg lijkt op het werk dat de basis is van alle acute zorg opleidingen. Vanuit die brede acute basis kunnen deze gespecialiseerde verpleegkundigen heel gericht verder bouwen aan hun carrière. Een aanvullende flexibele scholing tot ambulanceverpleegkundige, spoedeisende hulp- of IC-verpleegkundige wordt dan een overzichtelijk traject.’ Aan het woord is Gerard van Tricht, praktijkopleider op de medium care en voor een aantal andere vervolgopleidingen in Amsterdam UMC (locatie VUmc). Hij werd bij de start van CZO Flex Level door beroepsvereniging V&VN gevraagd mee te denken in het themacluster Acute Zorg. De liefde van oud-IC-verpleegkundige Van Tricht voor de verpleging én voor de acute zorg is groot, dus als er iets moet gebeuren om de opleidingen en het vak te moderniseren is hij erbij. Zijn credo is niet voor niets: ‘If you have a problem, give it to a nurse.’
Individuele opleidingsroute
Dit najaar wordt in het themacluster onderzocht of flexibiliseren vanuit een brede basisspecialisatie een goede manier is om de verpleegkundige vervolgopleidingen in de acute zorg te moderniseren. Daar is Van Tricht trots op en blij mee: hij pleit al lang voor het realiseren van de nieuwe rol ‘acute zorg-verpleegkundige.’ Hij en zijn collega’s in het themacluster Acute Zorg richten zich nu op het formuleren van kern-beroepsactiviteiten (EPA’s: entrustable professional activities) en specifieke. Hij licht toe met behulp van een voorbeeld: ‘Een acute zorg-verpleegkundige van een medium care-afdeling in een klein algemeen ziekenhuis voert andere beroepsactiviteiten uit dan een collega op een medium care in een umc. Zij hoeven dus ook niet precies dezelfde EPA’s te behalen om hun werk te kunnen doen. Willen zij allebei doorstromen naar eenzelfde IC-functie in een umc, dan ziet hun individuele opleidingsroute er anders uit. Doordat werkgevers bij iedere gespecialiseerd verpleegkundige moeten bekijken welke EPA’s al wel en niet behaald zijn, ontstaat er een veel beter zicht op wat iemand wel en vooral nog niet kan. Nu is de onterechte aanname dat iedere gespecialiseerd verpleegkundige (bijvoorbeeld een medium care verpleegkundige) hetzelfde kan. Dat is in theorie wellicht zo, maar in de praktijk zeker niet. ‘ Van Tricht concludeert dat flexibiliseren goed is voor verpleegkundigen en zorginstellingen, maar ook tot verbetering van de zorg voor patiënten zal leiden.
De ziekste patiënten
Gerard van Tricht werkte dertig jaar op de Intensive Care. Eerst in het AMC en sinds 2000 in VU medisch centrum. Een groot deel van die jaren was hij praktijkopleider op de intensive care, medium care en cardiac care. Inmiddels ontfermt hij zich ook over oncologie- en endoscopie-verpleegkundigen in opleiding. Lachend: ‘Dat zou je als allemaal losse flodders kunnen zien, maar ik vind het juist mooi. De vakinhoudelijke beoordeling komt van de werkbegeleiders. Als praktijkopleider ben je als het ware de advocaat van de student. Als er een probleem is, dan los ik het graag samen met alle partijen op.’ Die kwaliteit kenmerkt verpleegkundigen in het algemeen, zo denkt ervaren rot Van Tricht, maar de toekomstige acute zorg-verpleegkundige in het bijzonder: ‘Je zorgt voor de meest zieke patiënten uit het ziekenhuis. Zij hebben een probleem en dat wil je oplossen. Dat daar een hoop techniek, draadjes en slangen bij komen kijken, dat vinden acute zorg-verpleegkundigen leuk. Ze zijn veelal op een positieve manier ongeduldig. En daarin herken ik mezelf ook nog steeds.’